De arbeidsovereenkomst van een 61-jarige werknemer is opgezegd wegens bedrijfseconomische omstandigheden. De werknemer is voortzetting van de overeenkomst in de nieuwe onderneming van de werkgeefster aangeboden, maar tegen een veel lager salaris. De werknemer wijst dit aanbod af. Er is met de vakbonden overeengekomen dat tijdelijk een opzegtermijn van een week geldt. De werknemer acht dit in strijd met de wet en verder vindt hij het ontslag kennelijk onredelijk. Op 31 mei 2001 oordeelt de Kantonrechter te Rotterdam dat voor de werknemer een opzegtermijn van 26 weken geldt. Dit betekent dat hem de gefixeerde schadevergoeding over deze 26 weken betaald
Log in of activeer deze boektitel om verder te lezen.
Om het hele document te lezen moet u eerst inloggen of deze boektitel activeren.