Een sollicitant heeft in zijn sollicitatiebrief aangegeven dat een rookvrije werkplek voor hem noodzakelijk is. De werkgever wijst de sollicitant af, omdat hij geen rookvrije werkplek kan garanderen. In een procedure bij de Kantonrechter stelt de sollicitant dat de werkgever hierdoor onrechtmatig heeft gehandeld en vordert van de werkgever smartengeld. De Kantonrechter heeft geoordeeld dat afgezien van de vraag of de werkgever zich wel onrechtmatig heeft gedragen, de man geen schade heeft geleden. In hoger beroep oordeelt de Rechtbank te Den Haag in een uitspraak van 22 januari 2003, dat gezien de fase waarin de sollicitatieprocedure verkeerde en het feit
Log in of activeer deze boektitel om verder te lezen.
Om het hele document te lezen moet u eerst inloggen of deze boektitel activeren.