Een werknemer is sinds 1991 lid van de ondernemingsraad (OR) en sinds 1994 voorzitter van de raad. In de onderneming is in november 1996 een interimhoofd aangesteld waar de werknemer niet goed mee kan opschieten. Problemen blijven dan ook niet uit. Wanneer de werknemer wordt verzocht ander werk te accepteren en hij hiertoe niet bereid is, wordt hij overgeplaatst. De werknemer is het hier niet mee eens en vordert voor de Kantonrechter Amsterdam tewerkstelling in zijn oude functie. De Kantonrechter oordeelt op 23 december 1997 onder meer dat er onvoldoende grond was voor de overplaatsing - die opgevat kan worden
Log in of activeer deze boektitel om verder te lezen.
Om het hele document te lezen moet u eerst inloggen of deze boektitel activeren.