Berekening fictieve opzegtermijn beperkt uitgelegd
Een werknemer bij een Rabobank sluit met zijn werkgever een beëindigingsovereenkomst. Vervolgens vraagt hij bij het UWV een werkloosheidsuitkering aan. Het UWV stelt dat alle voorgaande dienstverbanden bij andere Rabobanken moet worden meegenomen bij de bepaling van de toepasselijke opzegtermijn. Als gevolg daarvan gaat de werkloosheidsuitkering een maand later in dan de werknemer had verwacht. De Centrale Raad van Beroep volgt in zijn oordeel van 21 september 2011 deze opvatting van het UWV niet.
Artikel 27 lid 3 Werkloosheidswet; artikel 45 Ziektewet.
Centrale Raad van Beroep, 21 september 2011, nr. 10/3563 WW, LJN BR2157, USZ 2011/297.
Log in of activeer deze boektitel om verder te lezen.
Om het hele document te lezen moet u eerst inloggen of deze boektitel activeren.