Voor de aanvang van een arbeidsovereenkomst, laat een werkgever, onder verwijzing naar het proeftijdbeding, weten dat een werkneemster niet aan het werk hoeft te gaan. De werkneemster is zwanger en vermoedt dat er sprake is van discriminatie. De Kantonrechter Rotterdam vermoedt dat de werkgever inderdaad onterecht onderscheid heeft gemaakt tussen mannen en vrouwen en vordert van de werkgever dit met tegenbewijs te ontkrachten. De werkgever gaat echter in hoger beroep bij de Rechtbank Rotterdam. Deze bevestigt op 20 juli 1995 het vonnis van de Kantonrechter.
Zwangere werkneemster wordt tijdens proeftijd ontslagen
Zwangere werkneemster wordt tijdens proeftijd ontslagen
Feiten
Log in of activeer deze boektitel om verder te lezen.
Om het hele document te lezen moet u eerst inloggen of deze boektitel activeren.