Een werknemer wordt per 1 juli 2000 ontslagen en is het daar niet mee eens. Hij start een kennelijkonredelijkontslagprocedure voor de Kantonrechter te Maastricht waarin hij een schadevergoeding vordert. De Kantonrechter wijst op 17 april 2002 de vordering af. De Kantonrechter acht de voor de werknemer getroffen voorziening op basis van het Sociaal Plan namelijk billijk. In hoger beroep vernietigt het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch op 9 december 2003 het vonnis van de Kantonrechter. Het Hof oordeelt dat er wel sprake is van een kennelijk onredelijk ontslag. De werkgeefster wordt veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding.